Ik leek wel een workaholic met mijn smartphone tussen mijn vingers van Facebook naar Pinterest naar nog meer sociaal media en terug naar Facebook. Pauzes waren er vaak niet bij. Nu las ik vroeger nog wel eens een boek, maar verder ben ik nooit echt een lezer geweest. Ik denk dat de hoeveelheid boeken die ik gelezen heb op een hand te tellen zijn.
Broodweek kwam er aan en ik had voor die week een een vierluik geschilderd. Die zou dan komen te hangen in de etalage van boekhandel Westerhof waar ook Xandra Brood in die week zou signeren.
Ik besloot het boek te kopen en liet het boek door Xandra signeren. Het leek me toch zo lekker rustgevend ongestoord een boek te lezen. Niets was minder waar. Mijn smartphone verdween naar de achtergrond en er kwam bijna niets meer tussen mij en mijn Rock -‘N- Roll Widow.
Wat een prachtig en eerlijk boek. Het begin van het boek pakte me meteen en hield me in de greep. Een heel ontroerend boek door het vele bedrog en de lichamelijke aftakeling van Herman, maar toch werd hij liefdevol verzorgd.
Dat er water bij de wodka in plaats van de wijn werd gedaan en de manier hoe de paracetamol voorbij kwam toverde bij mij een glimlach op mijn gezicht. Dit maakte dit voor mij vooral een niet te zwaar boek.
Ik sluit me helemaal aan bij het feit dat dit boek een mooie ode is aan de bepaald niet gewone liefde van een bijzondere vrouw voor een bijzondere man.

Ik kom uit een gereformeerd gezin waar junkies en rockers not done waren. Ze probeerden me te beschermen tegen drugs. In mijn ogen waren junkies slechte mensen en Herman Brood was daar één van.
Daar kwam een einde aan toen ik Herman Brood in een show op tv, ik dacht De 5 Uur Show, een auto zag beschilderen. Wat doet zo een vent daar nou?! Dat ze zo een vent daar uitnodigden…. Dat is een junkie.
Wat ik mij daarvan kan herinneren was dat hij op die auto een bordje had geschilderd met daarin het woord “NAT”. Herman Brood vertelde hierover:”Dat de mensen er dan met hun vingers ervan af blijven.” Iets in die zin.
Die vent was zo slecht nog niet!!! Als er iets is waar ik zelf een grote waarde aan hechtte dan was het wel dat mensen niet aan andermans spullen zaten. Stelen deed je gewoon niet.
Ik kreeg bewondering voor hem en door die bewondering werd ik nieuwsgierig naar het boek.